De vliegende auto, het rijdende vliegtuig. “Hij vertelde over het idee, maar ik vond het heel gek, teveel James Bond.”
Mike Stekelenburg is chief engineer bij PAL-V, een innovatief tweepersoons voertuig voor op de weg en in de lucht. De autogyro van Nederlandse makelij is vanaf 2021 leverbaar. NLR was (mede) verantwoordelijk voor het ontwerp van de composieten rotorbladen en propeller, het ontwikkelen van de hiervoor benodigde fabricagemethoden en voor de fabricage van de eerste producten voor (vlieg)testen.
Als één van de eersten haakte Mike in 2008 aan bij het bedrijf, toen in oprichting. Toch moest hij overtuigd worden door Robert Dingemanse, CEO PAL-V, toen hij hem benaderde om mee te doen.
“Robert en ik kenden elkaar van een eerdere samenwerking en hij kwam een keer ’s avonds aan mijn deur. Hij vertelde over het idee, maar ik vond het heel gek, teveel James Bond.”
In eerste instantie zei hij dan ook nee tegen het voorstel en eigenlijk wist hij niet zoveel van de auto- en vliegtuigwereld. Totdat hij zich erin ging verdiepen en wist dat het concept haalbaar was. Door Mike’s achtergrond in revolutionaire innovaties en doorbraakprojecten was PAL-V een project dat hij niet kon laten liggen. Hij wilde de stap wagen en niet in de krant teruglezen dat een ander het gedaan had.
Van concept naar prototype
De eerste werkdag bij PAL-V; “We begonnen met een team van vier man en samen doken we direct overal in, van regelgeving tot techniek voor het autogedeelte en het vlieggedeelte. Dan ontdek je gauw dat het certificeren van vliegtuigen en auto’s een uitgebreide wereld is. Eigenlijk kun je online alles vinden wat je moet weten alleen het is ontzettend veel en complex. Daar heb je jaren voor nodig.” Ook het vinden van partners was bij de start van belang. Het NLR werd, net als Carver, partner vanaf het eerste uur.
De opdracht was in 2008 om aan te tonen dat het werkt, dat het vliegt en rijdt én kan converteren van de ene naar de andere stand. De essentie is dat je flexibel bent want met PAL-V reis je veel makkelijker van deur tot deur. Bijvoorbeeld bij slecht weer kun je altijd nog verder rijden naar je bestemming.
De vliegende auto, het rijdende vliegtuig
In 2012 liet team PAL-V aan de wereld zien dat het kan. Ze toonden een conceptueel model aan de wereld en hoe het technisch werkt. Samen met een filmpje brachten ze een persbericht uit. “Dat het zo druk zou worden met media aandacht hadden we niet verwacht. We hebben zelfs mensen ingehuurd om de telefoon op te nemen.”
Daarna volgden alle verbeterpunten aan het voertuig zoals uitlaatemissies, brandstofgebruik, gewicht, veiligheid op de weg, stabiliteit bij het landen en het bereik. Zo zat er in 2012 nog een wankelmotor in het voertuig, het type motor dat ook in een Mazda RX-8 heeft gezeten. Een heel mooi principe, maar niet zuinig en schoon waardoor niet aan de emissie-eisen kon worden voldaan.
“Op een gegeven moment hebben de pijn geaccepteerd en gezegd we gaan over op een andere motor en we haalden de hele powerplant overhoop.”
Ook aan design is veel aandacht besteed, zowel voor het exterieur als het interieur. Daarvoor werd samengewerkt met designbureau’s. “Vanaf het begin hebben we gezegd: Mensen moeten zich er comfortabel bij voelen en er trots op kunnen zijn want er hangt een prijskaartje aan. Dat zie je terug in onder andere het prachtige dashboard en het gebruik van leer.”
Bewijslast en certificering
Inmiddels is de PAL-V lichter, beter, mooi vormgegeven en schoner dus tijd voor de details en dat zijn er nog veel. “Dan komt bijvoorbeeld de RDW langs voor een keuring voor het rijgedeelte en daar komen toch weer puntjes uit, terwijl wij denken dat we overal aan gedacht hebben. Zoals de holte tussen de wielkappen – belangrijk voor aerodynamica – en de romp. Daar kan een voetganger door gegrepen worden dus passen wij het aan zodat die juist weggeduwd wordt. Iets dat ogenschijnlijk klein lijkt, kan veel consequenties hebben. Bijvoorbeeld wanneer een ander systeem in de knel komt.”
De experts bij EASA, de Europese organisatie voor luchtvaartveiligheid, werken zorgvuldig en het kost meer tijd en moeite zich te familiariseren met de PAL-V met al die nieuwigheden, dan bijvoorbeeld bij een standaard helikopter. “Voor een standaard helikopter trekken zij een set van eisen uit de kast terwijl voor ons het bepalen van de certificatiebasis, jaren heeft gekost.” Tot en met 2020 ligt dan de nadruk op het leveren van bewijslast want PAL-V bevat heel veel nieuwigheid.
PAL-V krijgt een vervolg; elektrisch vliegen en verticaal stijgen of landen
Samen met NLR zijn er nu plannen om een vervolg te geven aan PAL-V door de ontwikkeling van een elektrische variant, de eVTOL. “Wereldwijd wordt elektrisch populair en belangrijk vanwege duurzaamheid, zowel bij auto’s als bij vliegtuigen. In het tweede deel van de samenwerking met NLR gaan we, naast elektrisch vliegen, ons richten op het verticaal stijgen en landen. Dat brengt nieuwe mogelijkheden mee zoals het gebruik in stedelijke omgevingen. Van dak naar dak.”
Samenwerking met NLR
“Sinds 2008 werken we samen met NLR en samen hebben we veel projecten gedaan over uiteenlopende onderwerpen. NLR kan onderzoek goed vertalen naar de praktijk, naar het bedrijfsleven. Daar zijn ze echt bijzonder goed in. Vandaar dat we, bij technisch moeilijke problemen, graag met NLR samenwerken. Dat doen we al sinds 2008 en dat blijven we doen. Als er innovatie nodig is, zoeken we NLR op.”