Erasmus MC, Hogeschool Rotterdam en NLR introduceren onderwijs ‘Patiëntveiligheid’
In december 2013 hebben Erasmus MC, het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium NLR en de Hogeschool Rotterdam het vaardigheidsonderwijs ‘patiëntveiligheid’ verzorgd voor toekomstige artsen en verpleegkundigen. Dit onderwijs is gegeven door een multidisciplinair team van docenten, waaronder experts uit de luchtvaart, geneeskunde, verpleging en gedragswetenschappen. Het college werd gegeven aan een gemengde groep van artsen en verpleegkundigen in opleiding. Hiervoor is gekozen om goed aan te sluiten bij de samenstelling van teams van professionals zoals die in ziekenhuizen opereren.
In totaal hebben 400 studenten geneeskunde samen met 80 studenten verpleegkunde zich gebogen over de oorzaken en aanpak van (on)veiligheid in de luchtvaart en zorgpraktijk. Voor de studenten geneeskunde is het college een verplicht onderdeel tijdens het vierde opleidingsjaar. De studenten verpleging hebben dit jaar vrijwillig deelgenomen en er wordt naar gestreefd om deze onderwijsmodule ook structureel in hun opleidingen in te bedden.
In het onderwijs wordt kennis uit de luchtvaart behandeld, die direct tijdens het college wordt geoefend in een casus uit de ziekenhuispraktijk. Belangrijk uitgangspunt is dat er in iedere omgeving nu eenmaal fouten gemaakt worden, vooral op het vlak van communicatie en coördinatie. Doel van het college is om de studenten daar van bewust te maken en ze voor te bereiden op hoe ze daar mee om kunnen gaan. Daarom komen onderwerpen aan bod als het leren van incidenten, het herkennen van bedreigingen en risico’s en de noodzaak van een open cultuur waarin veilig wordt gewerkt en mensen bereid zijn tot het geven en ontvangen van feedback.
Het NLR is al jaren betrokken bij het verbeteren van veiligheid in de luchtvaart. Dit varieert van het opstellen van beleid, het uitvoeren van risicoanalyses, het ondersteunen bij de implementatie van veiligheidsmanagementsystemen tot het geven van trainingen. Het NLR ziet het als zijn missie om als nationale kennisorganisatie de ervaring die het heeft opgedaan te delen met andere sectoren, zoals de medische sector.